Maandag 21 mei: Van Kayseri naar Cappadocië



Na de lange dag van gisteren hebben we het wel verdiend om vandaag lekker uit te slapen. Het bed is er ook heel geschikt voor. Het ligt prima, en het is heerlijk groot, zo kunnen we allebei lekker woelen en draaien zonder last te hebben van de ander. Het is al 9 uur geweest als ik de ogen open, terwijl Peter nog even verder slaapt. Een korte blik door de gordijnen vertelt me dat het buiten prachtig weer is, en het is ook al heel bedrijvig op straat. Veel moeite hoef ik trouwens niet te doen om te gluren, want ondanks dat we in een Hilton slapen, hebben we toch nog een stuk raam over als de gordijnen gesloten zijn. Het hotel is prima hoor, al is het wel wat gedateerd en verouderd allemaal.

Als Peter ook langzaam in het land der levenden komt, begin ik eerst met het uitpakken van de bagage. Nu we beginnen aan onze autotrip vinden we het fijn om even te reorganiseren, zoals we dat gewend zijn. Ieder een eigen koffer met kleding, in de handbagage gaan de toilettassen en de electronica, en een aantal spullen blijven in de auto tot we weer naar huis gaan, zoals het statief, de paraplu en de reisgids. Ik leg nu alvast alles klaar, en zoek mijn kleding voor vandaag eruit. Daarna gaan we snel ontbijten voordat het te laat is.

We zijn nog net op tijd, het is bijna half 11 als we de ontbijtruimte inlopen, maar ze doen er niet moeilijk over. De chef maakt nog pannekoeken voor ons, en ook een ommelet naar wens. We zijn enorm onder de indruk van het ontbijt, zo uitgebreid hebben we het zelden gezien. We eten niet, maar we vreten onze buik vol. Echt genieten!

We nemen een kop thee mee terug naar onze kamer en pakken dan de bagage weer in. Ik kopieer de foto's nog snel even naar de harde schijf van de laptop, dat was ik gisteravond vergeten, en ook bel ik nog even met Hertz in Nederland. Ik leg uit wat er gisteren gebeurde en ik kreeg instructie over hoe te handelen om alsnog de afkoop van het eigen risico te regelen, en ook de LIS verzekering. Die was inderdaad inbegrepen bij de prijs. Ik weet nu wat ik moet zeggen tegen de medewerker, zodat hij begrijpt wat hij in het systeem moet doen. Een beetje de omgekeerde wereld, maar ik wil zeker in Turkije ook geen risico lopen. We hebben inmiddels gezien hoe de Turken autorijden, en ik heb gelezen over hoeveel ongelukken er gebeuren hier.

Vervolgens gaan we uitchecken. De auto wordt netjes voorgereden, en voordat we instappen kopen we nog snel wat water voor onderweg bij de naastgelegen market. Daar zie ik ook buiten, achter het reclamebord een aantal ongeplukte dode kippen liggen, ik ben er helemaal verbluft van... Zo verbluft dat ik niet eens een foto maak. We gaan eerst op weg naar het vliegveld, en gelukkig is dat niet ver. Met de nieuwe uitleg wordt alles in orde gemaakt, ik krijg nieuwe papieren en dan gaan we echt op weg naar Cappadocië, een gebied dat al jaren hoog op mijn verlanglijstje staat. Het is dan alweer kwart over 12.

Gelukkig is het maar een uurtje rijden, en die gaat snel voorbij. De rijstijl van de Turken verandert enorm als je eenmaal buiten de grote stad bent. Ze rijden nog steeds veel te hard, maar ze rijden niet meer zo agressief en toeteren niet meer continu. De eerste stop is bij de Sarihan Caravanserai, even voor het dorpje Avanos. Een caravanserai is een soort handelsplaats en hotel uit de tijd dat de handelsreizigers nog over de Zijden Route reisden met de kamelen, op deze plekken konden ze overnachten, eten en ook handeldrijven met elkaar. Dit is een kleine, maar wel heel mooie caravanserai, hij is mooi opgeknapt. We hebben de hele plek bijna helemaal voor ons alleen, en ik ga er los met mijn camera.





Daarna zijn we in 5 minuten in Avanos, een dorpje langs de langste rivier in Turkije. Deze rivier wordt in het Turks ook de Rode Rivier genoemd, vanwege de rode klei die er gewonnen wordt voor de pottenbakkerij. Het verrast dan ook niet dat Avanos een echt pottenbakkersstadje is, deze ambacht wordt traditioneel binnen families steeds overgedragen op de nieuwe generatie. We parkeren de auto op een parkeerplaats in het centrum, naast de rivier. Ik zie iedereen hier een ijsje eten, en dat moet ik natuurlijk ook proberen. Voor 1 TL krijg ik 2 bolletjes appelsmaak, maar ik kan er niet van genieten. Het is niet de smaak die me tegenstaat, maar de substantie. Het lijkt wel alsof ik gesmolten plastic eet, het is ook helemaal niet koud. Ik weet niet wat het is, maar niet mijn versie van ijs, het verdwijnt dan ook al snel in de prullenbak.

Na dit experiment wandelen we door het oude stadje. De steile straatjes met de vervallen en oude huizen zijn toch heel charmant, en zo heel anders dan onze cultuur. Bij een pottenbakkerswinkeltje worden we aangesproken door de eigenaar, hij nodigt ons uit om binnen te kijken hoe hij zijn producten maakt. Hij vraagt ons of we Frans spreken, dat spreekt hij vloeiend, maar daar komt hij bij ons niet ver mee. Toch lukt het in het Engels ook prima, met af en toe een frans woord erdoorheen dat we prima begrijpen. Hij laat ons de verschillende kleuren klei zien die hij gebruikt en hij vertelt waar de klei vandaan komt. En vervolgens maakt hij ter plekke van die klei een vaasje. Ik vind vooral zijn keramiek prachtig, en hij vertelt hoe dat proces gaat. Het gaat 2 en soms 3 keer in de oven, die centraal in het dorp staat, en de spullen die hij maakt worden door een vriend beschilderd. De man is zo oprecht vriendelijk, en zo schattig, dat Peter en ik allebei smelten. Peter krijgt medelijden met de man, omdat hij zo hard moet werken en zoveel moeite doet voor ons. Medelijden heb ik niet voor hem, maar ik voel wel een heel diep respect voor deze man.



Omdat ik zijn werk zo mooi vind, wil ik eigenlijk ook wel iets meenemen. Ik zie een prachtige keramiek pot, maar ik ben heel bang dat het veel te duur is. Het kost aardig wat tijd om die te maken hebben we net gehoord. Ik vraag voorzichtig naar de vraagprijs, maar die blijkt erg mee te vallen. Hij vraagt er 70 TL voor, omgerekend is dat nog geen € 35. Ik onderhandel niet heel streng, dat kan ik niet over mijn hart verkrijgen, ik gun die man het geld zo graag. Hij wordt er helemaal blij van, en spontaan doet hij er nog een klein schaaltje bij, als cadeautje. Het is de oprechtheid en de charme die ons zo raken, zo anders dan de gelikte verkopers die we in Istanbul tegenkwamen. Later bedacht ik me dat ik eigenlijk een foto van hem had moeten maken, maar op dat moment heb ik daar niet aan gedacht.

Na deze aanschaf waarvan ik helemaal blij word, wandelen we langzaam terug naar de rivier en we wagen ons over de hangbrug voor voetgangers naar de andere kant. Daar ligt namelijk een leuk terras dat ons aanspreekt: Mado Café. Ze hebben er allerlei lekkere fruitdrankjes op het menu staan, en die proberen we uit. Peter kiest een aardbeienmilkshake en ik krijg iets dat lijkt op geperste frambozen met gemalen ijs, er zit ook nog ander fruit doorheen. Lekker dat het is! Echt overheerlijk. Voor het eten kiezen we op voordracht van de engelssprekende manager voor zijn favoriete gerechten. Peter krijgt een deeggerecht (lijkt op een pizza calzone, maar dan heel ander deeg) dat is gevuld met kip en pittige groenten, en ik krijg een dürüm met bief en groente. Die is lekker pittig gekruid en smaakt heel goed. De frietjes zijn alleen koud, maar de dankzij de vertaalapp op de iPhone kunnen we dat duidelijk maken aan de ober en we krijgen gelijk nieuwe.



Tijdens het eten begint het enorm te waaien en het koelt al snel af. Er komt een grote zwarte donderwolk het dorp binnendrijven, en er wordt zwaar weer verwacht. Als we klaar zijn lopen we dan ook snel terug naar de auto om te voorkomen dat we nat worden, maar er valt nog geen druppel. Het onweert wel behoorlijk, we horen harde klappen om ons heen, maar we zien geen flitsen.

Vanuit Avanos rijden we verder Capadocië in, we zien wel hoe ver we komen. Op weg naar het Zelve dal passeren we eerst Pasabagi. Daar parkeren we de auto en we klimmen naar boven voor het uitzicht over het bizarre landschap. Het is er heel mooi, de rotsen hebben hier de vorm van grote paddestoelen. Met dit landschap wanen we ons in Amerika, het toont veel gelijkenissen met sommige plekken in het Zuidwesten.

Ook hier worden we weer geconfronteerd met de hordes en busladingen Japanners, je komt ze overal tegen. En altijd met dezelfde verschrikkelijke fotografiegewoontes en met dezelfde lompheid. Ook nu wordt ons duidelijk gemaakt dat we moeten ophoepelen als iemand ergens een foto wil maken, het is ongelooflijk.

Terwijl we boven op de heuvel genieten van het uitzicht begint het te regenen. Geen wonder ook, met die dreigende lucht. We gaan schuilen in de auto, maar bedenken ons dan dat het ook geen slecht plan is om alvast het hotel te zoeken en in te checken. We kunnen altijd nog terugkomen, het hotel is hier vlakbij. Tom Tom stuurt ons via het dorpje Cavusin, en we passeren een prachtige begraafplaats tegen de heuvels. Uiteraard moet die op de foto! Daarna worden we via een gravelweg naar Göreme gestuurd, Tom Tom lijkt daar toch wel een voorkeur voor te hebben. Het regent intussen nog steeds, maar niet hard. De grond wordt niet eens doornat, de druppels verdampen meteen. Het lijkt aardig op te klaren, we zien alweer een blauwe lucht aankomen.





Hoewel we het adres hebben van het hotel in Göreme, valt het niet mee om dat te vinden. De Turkse adressen zijn echt heel lastig, en in het dorp vinden we nergens aanwijzingen. Nadat we 2 rondjes hebben gereden rond de plek waar we ongeveer moeten zijn, stopt Peter op een kruising en ik stap uit om aan de overkant de bordjes te bestuderen. Intussen stopt er naast Peter een Turk in een bestelbusje, de man draait zijn raam naar beneden en vraagt Peter wat we zoeken.  In plaats van ons uit te leggen waar we moeten zijn, zegt hij ons om hem te volgen, hij brengt ons wel even. Als dat niet lief is?! Wat een vriendelijkheid!

Het hotel is werkelijk schattig, en heel klein met maar 6 kamers. Het inchecken gaat heel anders dan in een traditioneel hotel, we worden hartelijk ontvangen door een vrouwelijke manager, een meisje uit Ankara. Nadat we ons hebben geïnstalleerd op de kamer nodigt ze ons uit voor een drankje in de gezamenlijke ruimte en ze geeft ons allerlei informatie over de omgeving. Wat een lief mens ook, wat zijn de mensen hier vriendelijk! We zijn ervan onder de indruk. Ook onze kamer maakt indruk, het is echt heel charmant, zo leuk om in zo'n echt cave hotel te zitten!

Na de gezellige informatiesessie wandelen we het dorp in, we willen even wat drinken inkopen en ook even rondkijken. Het is er heel toeristisch, dat was ons ook wel bekend, maar toch vinden we dat wel gezellig. Het is niet heel erg druk, we zijn duidelijk nog in een rustige periode. Bovendien is het al avond, en dan zijn de bussen met de groepen weer weg, gelukkig. Onderweg worden we regelmatig aangesproken en uitgenodigd om ergens binnen te komen, maar in de Rough Guide heb ik gelezen hoe ik dat vriendelijk kan afslaan. We durven nog niet echt daarop in te gaan, dat is gewoon niet ons ding.



Bij de toeristeninformatie op de Otogar, Turks voor busstation (elk dorp heeft er één, hoe klein ook) kopen we nog een beter kaart van de omgeving. Het weer is inmiddels ook helemaal opgeklaard, de lucht kleurt prachtig roze en de rotsen baden in het ondergaande zonlicht. Het ziet er naar uit dat morgen een mooie dag zal worden. Als we uitgekeken zijn wandelen we weer terug naar het hotel, we willen gaat eten bij het restaurant dat de hotelmanager ons aanraadde. Helaas is er geen plek tot half 10 vanavond, maar dat vinden we te laat. Op advies van de manager gaan we naar een andere plek vlakbij het hotel. Daar eten we goed. Ik ben dol op de Turkse meze, echt superlekker. Ook hier kies ik weer een paar meze gerechten als haydari, humus en wat koude groentegerechten die ik lekker opsmikkel met brood. Ik vermoed dat we eenmaal terug in Nederland nog vaak Turks zullen gaan eten! Helaas gaat het met het hoofdgerecht wel fout, Peter krijgt het verkeerde gerecht geserveerd en het duurt even voor we dat duidelijk kunnen maken. Gelukkig smaakt het wel, hij eet het smakelijk op. Amerikaanse service krijgen we echter niet, we moeten gewoon het verkeerde en veel duurdere gerecht betalen. Ach.....

Na het eten zijn we snel weer terug op onze kamer, daar relaxen we nog wat en we genieten van het mooie plekje. Ik werk nog even aan het verslag, en dan gaat het licht weer uit. Welterusten!



3 opmerkingen:

  1. dit klinkt gewoon geweldig, en naar meer......

    BeantwoordenVerwijderen
  2. SUPER!!! De Turken zijn dus nog steeds zo vriendelijk en aardig. Wij hebben dat destijds ook zo ervaren. Het Zelvedal noemden wij toen het "lullen"dal hahaha. En die heuvel met het uitzicht zie ik ook zo weer voor me. Avanos is bekend om zijn pottebakken en wat leuk dat je daar ook iets gekocht hebt.

    Jan is benieuwd wat voor auto jullie hebben, en misschien ben ik wel weer een muts maar ik wil zo graag wat foto's zien. Die staan toch nog nergens he?


    Wat fijn dat jullie daar zo genieten van het landschap, de mensen het natuurlijk het eten....;-)


    Liefs Jan en Marjan

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Heerlijk verhaall van de pottenbakker, zo'n man gun je het ook.
    Handig ook de vertaal app! :-) vast ook handig bij het menu kaart lezen zelf.

    (lees nu dat je al back up maakt op de lap top.... ik lees dus achterste voren.....)

    BeantwoordenVerwijderen